TenneT doet er alles aan om bij de aanleg van de nieuwe hoogspanningsverbinding het landschap en het milieu zo min mogelijk te verstoren. Dit doen wij o.a. vanuit de wet Natuurbescherming, door het opstellen van een landschapsplan en natuurcompenserende maatregelen.
Bij het inpassingsplan voor de nieuwe verbinding is een landschapsplan opgesteld. Daarvoor is overleg gevoerd met betrokken bewoners, eigenaren, gemeenten en deskundigen zoals een landschapsarchitect. Het landschapsplan beschrijft maatregelen om de nieuwe verbinding zo goed mogelijk in het landschap in te passen. Daarbij letten we op relevante milieuaspecten: landschap en cultuurhistorie, natuur, leefomgeving en water.
De aanleg van een nieuwe hoogspanningsverbinding kan tijdelijk het leefgebied en vliegroutes van dieren verstoren. Bijvoorbeeld door geluid en trillingen bij het heien van de fundering en het plaatsen van masten en geleiders. Of omdat werkgebieden verharding en verlichting krijgen of bomen en struiken worden verwijderd. De masten en de geleiders tussen de hoogspanningsmasten kunnen een barrière zijn voor vogels. Draadmarkeringen (zogenaamde varkenskrullen) aan de bliksemdraad helpen voorkomen dat vogels tegen de draden aanvliegen.
Als de werkzaamheden klaar zijn, worden tijdelijke werkterreinen opgeruimd. Grond en groenstructuren worden teruggebracht in oorspronkelijke staat.